» Let op: deze activiteit is voorbij «
Het Nationaal Onderduikmuseum belicht samen met acht Gelderse musea het thema ‘Zij – Hij in Gelderland’. De musea laten aan de hand van voorwerpen en verhalen de verschillende rollen zien van vrouwen en mannen (en meisjes en jongens) door de eeuwen heen. Onder de noemer ‘Verscholen in Varsseveld’ geeft het Nationaal Onderduikmuseum in aansluiting op de expositie ‘De vrouw als spil van het verzet’ bijzondere aandacht aan de dames Jolink in Varsseveld en de Joodse onderduik in Varsseveld en omgeving in de Tweede Wereldoorlog.
Nationaal Onderduikmuseum heeft in de expositie De vrouw als spil van het verzet (5 oktober 2018 – 25 augustus 2019) in het kader van het Jaar van Verzet de rol van vrouwen in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog uitgelicht.
De zuster Minnie en Gerrie Jolink in Varsseveld zorgden voor vele onderduikplekken in Varsseveld en omgeving in de Tweede Wereldoorlog. Op zo’n 125 plekken in Varsseveld en buurtschappen Binnenheurne, Sinderen, Westendorp en Heelweg zaten honderden joodse onderduikers verscholen, waaronder circa 80 joodse kinderen en jongeren. Bijzonder is het dat de in het dorp woonachtige joodse gemeenschap in zijn geheel de oorlog heeft overleefd. Dat was mogelijk doordat zij allemaal konden onderduiken in de directe omgeving. De zusters zijn echter zelf verraden en uiteindelijk in kamp Ravensbruck aan de ontberingen overleden.
Tot nog toe is er nauwelijks onderzoek naar gedaan en maar summier over geschreven. John Breukelaar doet als verhalenvanger van het Nationaal Onderduikmuseum in Aalten al jaren onderzoek naar de joodse onderduikers in zijn geboortedorp Varsseveld in de Tweede Wereldoorlog. Dit jaar worden de activiteiten en betekenis van de dames Jolink uitgelicht en daarmee worden ook de Joodse onderduikers en hun gastgezinnen een naam en een gezicht gegeven door middel van een boek, expositie en lezing.
Varsseveld en de Joodse onderduik
Naast de eigen Joodse gemeenschap zat in het dorp zat onder meer een groep joden ondergedoken die al vóór de oorlog de dichtbij liggende Duits-Nederlandse grens over getrokken was, op de vlucht voor het naziregime, en zich in omringende plaatsen in de Achterhoek gevestigd had.
Een andere groep joden was niet langer veilig in de steden waar ze woonden, zoals Amsterdam, Rotterdam, Amersfoort, Zwolle, Enschede, Zutphen, waar deze door razzia’s gevlucht waren. Vanuit de buurgemeenten Halle/Zelhem, Doetinchem, Terborg, Gendringen, Dinxperlo, Winterswijk en Aalten kwamen veel joodse inwoners in Varsseveld onderduiken. Zo werd dit dorp een toevluchtsoord voor Joodse vluchtelingen.