Bijna iedereen kent Piet Mondriaan (1872-1944) als de revolutionaire schilder van de rode, witte, blauwe en gele vlakken verdeeld tussen strakke zwarte lijnen. Minder bekend is dat de kunstenaar het als zijn taak zag om in zijn composities te streven naar evenwicht en harmonie, als blauwdruk voor een betere wereld. De tentoonstelling Mondriaan, een betere wereld, die vanaf 19 oktober te zien is in het Mondriaanhuis, gaat in op de filosofische en idealistische kant van Mondriaan.
Aanleiding voor deze expositie is het verschijnen van de gelijknamige graphic novel van Erik de Graaf. In de vuistdikke publicatie, die dit najaar verschijnt, verbeeldt de stripauteur hoe Mondriaan de laatste 11 jaar van zijn leven vanuit Parijs, naar London en uiteindelijk naar New York trok, vluchtend voor het opkomend nazisme in Europa. Tegen de achtergrond van de Tweede Wereldoorlog bleef Mondriaan tot aan zijn dood zoeken naar een manier om licht te brengen in de toenemende duisternis in de wereld.