26 november 2009 bijgewerkt: 13 juli 2023 Gent, Oost-Vlaanderen "Het is niet moeilijk hoor, maar je moet natuurlijk wel goed je aandacht erbij houden." Eén van de vrijwilligsters in het Museum voor Industriële Archeologie en Textiel (MIAT) laat zien hoe haar weefgetouw werkt. Met souplesse die veel ervaring verraadt, geeft ze een rukje aan het touw voor haar. Daar springt een bakje van rechts naar links. "Dat was de schietspoel, die de inslagdraad door de scheringdraden heen schiet. Tja... het is hier echt schering en inslag."
Al in de middeleeuwen was Gent een echte textielstad. De Gentse lakens waren in de dertiende en veertiende eeuw al ver buiten België vermaard en later legde de stad zich ook toe op de linnenhandel en het drukken van katoen. De hele stad spinde daar - letterlijk - garen bij, want Gent was daardoor de belangrijkste industriestad van Vlaanderen.
Mule Jenny
Het MIAT is gevestigd in de voormalige katoenspinnerij Desmet-Guéquier, in het centrum van Gent. Het hoofdgebouw is wel 3.500 vierkante meter groot en werd gebouwd naar het voorbeeld van Engelse katoenfabrieken. Het zwaartepunt van het museum ligt op textiel. Bezoekers leren over de productie en verwerking van katoen en over de industrialisatie die in de loop der jaren heeft plaatsgehad. Het topstuk van de eerste Industriële revolutie is spinmachine Mule Jenny. Dit spintoestel is tegelijkertijd ook het topstuk van het MIAT. Met de komst van deze slimme spinmachine, raakte de productie van goede draad in een enorme versnelling.
Zo'n enorme versnelling in de productie, doet ook iets met de manier en de snelheid waarop mensen leven. Ook daarover gaat het MIAT. De reusachtige vooruitgang en het harde werk van de arbeiders; dat is in het MIAT schering en inslag.
Reportage - Laatst gewijzigd: 2023-07-13 19:44:06 · Gepubliceerd: 26 november 2009 - 2851