De kaalslag na de opening van de nieuwe vaste tent
Bezoekdatum 11-5-2024 (geschreven op 12 mei 2024)
met partner
De nieuwe vaste tentoonstelling heeft een duidelijke boodschap: bezie het koloniale verleden vanuit een radicaal kritische blik. Niets mis mee, máár: alles maar dan ook alles wordt negatief belicht. Van romantische schilderijen afgedaan als cliché-landschappen, geheel uit de context van een tijdsbeeld gehaald. We hebben het over 1830 en later, waarin bv Italië-landschappen en dergelijke per definitie romantiserend zijn. En een schilderij van nota bene Otto Djaya van een Javaanse jongedame wordt als een stereotiep romantisch beeld afgedaan en geheel ontleed als een koloniale voorstelling terwijl die beschrijving invulling is. Otto Djaya was, ironisch genoeg, één van de voorvechters van de onafhankelijkheid van Indonesië. De schilder Paulides om een klein hoekje en onderbelicht. De gehele wetenschappelijk opgestelde collectie is geruimd en naar het depot gebracht: wat begon met het weghalen van India, Ghana werd gecompleteerd met het weghalen van Oceanië en de rest van Nusantara. Geen objectieve beschrijvingen meer van boeddhabeelden, herkomst, spiritueel doel, materiaal. Geen Peranakan-altaar meer (Peranakan zit ook in mijn DNA). Niet meer vol respectvolle waardering voor een Batak voorouderbeeld staan. Niet meer Only Connect maar alles vingerwijzend en Skrrrt. Het had mooi naast elkaar kunnen staan maar Leiden is de baas en wat Leiden wil, zal en moet gebeuren. Het gebouw is groot genoeg voor én de kritische tentoonstelling én de wetenschappelijke collecties en dan twee wisselende tentoonstellingen met sjeu. Leren doe je inderdaad door de boodschap verkondigd, maar óók door te zien. Wat je weghaalt daar leer je niet meer van. Vergelijk het met het 'shelf life' van bibliotheekboeken: niet interessant dan in de uitverkoopbak ipv te denken: laat het staan dan kan er nog van geleerd worden. Het gebouw ademt leegte uit en zelfs mijn gezelschap zette één stap in het gebouw en voelde dit en verwoorde het voordat ik erover sprak.
Beoordeling gegeven door M.E. O..